Beta
versie -
Delen:

Afspraken maken over MKI in een convenant

Juridische houdbaarheid
Gemiddeld
Invloed
Gemiddeld
Overheidslaag
Provinciaal - Nationaal  
R-ladder
R1 - 
R6  

Het aangaan van een convenant is een goede manier om de betrokkenheid van een brede en diverse groep partijen te waarborgen en samen te werken aan het gebruik van MKI als reken- en prestatieverplichting.

Hoe kan een convenant worden toegepast?

Het is mogelijk om een nieuw convenant op het gebied van MKI in een bepaalde sector te sluiten. Dit is bijvoorbeeld te adviseren als de overheid lokaal/regionaal of met een overzichtelijk aantal partijen (vaak koplopers) snel aan de slag wil. Je kunt er ook voor kiezen om aan te sluiten bij een bestaande convenant.

Als de Rijksoverheid een nieuw convenant opstelt, gelden de zogeheten Aanwijzingen voor convenanten. Dit is een verplichte kwaliteitseis waar een convenant aan moet voldoen, zodat de juridische kwaliteit bewaakt wordt. De Aanwijzingen gaan in op:

  • de te maken afwegingen voordat een convenant gesloten wordt;
  • inhoudelijke- en procedurele eisen waar een convenant aan moet voldoen; en
  • de mate van afdwingbaarheid van een convenant.

Ook als een convenant niet door de Rijksoverheid wordt opgesteld, kunnen de Aanwijzingen gebruikt worden als leidraad. Voor meer informatie over de Aanwijzingen voor convenanten, zie: https://www.kcbr.nl/beleid-en-regelgeving-ontwikkelen/beleidskompas/achtergrond-beleidskompas/verplichte-kwaliteitseisen/aanwijzingen-voor-convenanten

Juridisch bindend convenant

Bij het opstellen van een convenant is een belangrijke afweging de mate van juridische afdwingbaarheid. Een convenant dat juridisch bindend en afdwingbaar is, is een sterk instrument om relevante marktpartijen en overheden aan bepaalde doelstellingen te committeren, zoals een bepaalde maximale MKI-score in de GWW-sector als prestatieverplichting. Maar een convenant op vrijwillige basis heeft ook al positieve impact, doordat het voor samenwerking tussen partijen en de overheid zorgt en resulteert in een groter draagvlak onder de markt. Decentrale overheden kunnen het voortouw nemen om in samenwerking met ondernemers in de regio een convenant op te stellen.

Een convenant kan op de volgende manier bindend worden gemaakt:

  • Meer en concreet te behalen (minimum)resultaten opnemen. Zonder te spreken van ‘inspanning’. Denk daarbij ook aan tussendoelen, zodat hier sneller op te sturen is. Ook kunnen delen van een convenant onder wettelijke verplichtingen vallen. Dan houdt de overheid ook toezicht op de naleving van het convenant.
  • Uit het convenant moet duidelijk blijken dat partijen verbonden zijn aan het door hen ondertekende convenant. Partijen nemen dus niet de uitzonderingen ‘juridisch niet afdwingbaar’ en ‘onmiddellijk opzegbaar’ op in het convenant.
    • Partijen kunnen daarbij afspraken maken over de wijze waarop zij eventuele geschillen oplossen. Zoals met uitgebreide onderhandeling of mediation. Daarnaast wordt de manier van handhaving op de afspraken uit het convenant vastgelegd in het convenant. Op die manier is een convenant te ontwikkelen dat past bij alle partijen. Overigens geldt anders de standaardregeling van het Burgerlijk Wetboek.

Er kan terughoudendheid bij marktpartijen en overheden worden verwacht om een juridisch bindend en afdwingbaar convenant te ondertekenen. Belangrijke voordelen voor partijen om wel een dergelijke convenant te tekenen zijn:

  1. Een mogelijkheid om samen te leren en ervaring op te doen.
  2. Uniforme en consistente toepassing te bevorderen.
  3. Goede afstemming tussen verschillende behoeftes van partijen betrokken in de keten/regio.
  4. Mogelijkheid om (financiële) ondersteuning gezamenlijk vorm te geven of aan te vragen, zoals subsidies.
  5. Sterke onderhandelingspositie richting derden, zoals een bepaalde sector of de Rijksoverheid.

Uit de praktijk

Hieronder worden vier voorbeelden van convenanten op het gebied van duurzaamheid in de GWW-sector beschreven, die al een groot draagvlak hebben. Het is mogelijk om je aan te sluiten bij bestaande convenanten.

  • Circulaire Deal Secundaire Bouwmaterialen Noord-Holland Noord
    In januari 2024 is de Circulaire Deal Secundaire Bouwmaterialen Noord-Holland Noord, een initiatief van provincie Noord-Holland en Circulair Westfriesland, in werking getreden. Tenminste 37 partijen hebben zich al aangesloten bij de Circulaire Deal, waaronder diverse gemeenten, aannemers, projectontwikkelaars en woningcorporaties. Het doel van dit convenant is om circulaire bouw in Noord-Holland Noord te stimuleren en het gebruik van grondstoffen te verminderen. Om dit te bereiken is afgesproken om in 2024 minstens 50% van alle gebouwen die gesloopt worden in de regio Noord-Holland Noord, te slopen volgens circulaire oogstvoorschriften. En binnen 2 jaar na de inwerkingtreding, volledig circulair te slopen.

    De circulaire oogstvoorschriften bestaan uit minimale voorschriften, waar een partij zich sowieso aan moet houden, en optionele voorschriften. Een van de optionele voorschriften is waarde toekennen: je kunt als gunningscriterium in een aanbestedingsprocedure aan inschrijvers vragen of ze berekenen hoeveel CO2-uitstoot wordt bespaard door circulair oogsten toe te passen. Dit kan ook voor een aantal producten of materialen.

    Deelname aan de Circulaire Deal is vrijwillig, maar niet vrijblijvend: deelnemende partijen stemmen ermee in dat nakoming van het convenant bindend is. Indien een deelnemende partij de afspraken uit de Circulaire Deal niet nakomt, moet onderbouwd worden waarom dit niet lukt. Daarnaast moet de partij aangeven binnen welke redelijke termijn nakoming alsnog plaats zal vinden.
  • Betonakkoord
    In 2018 is de eerste versie van het betonakkoord ondertekend door diverse ministeries en uitvoeringsorganisaties, gemeenten, ProRail, toeleveranciers en bouwbedrijven. Het doel van het Betonakkoord is dat de betrokken partijen gezamenlijk invulling geven aan een betonsector- en ketenbrede inzet voor het reduceren van CO2-emissie, het bevorderen van circulariteit, natuurlijk kapitaal en sociaal kapitaal als bijdragen aan de verduurzaming van de Nederlandse samenleving en economie. De aangesloten partijen dienen de nationale bepalingsmethode MKI te hanteren om tot een CO2-reductie te komen. De Stuurgroep van het Betonakkoord heeft op 15 september 2023 nieuwe plafondwaarden voor de MKI gepubliceerd. Met de nieuwe waarden moet een verbetering van 10% worden bereikt ten opzichte van 2021. In het Betonakkoord wordt dus expliciet aangestuurd op een maximale MKI (prestatieverplichting).
    Het Betonakkoord is op dit moment niet bindend (artikel 21). Wel kan een partij bij blijvend achterblijven uit het akkoord worden gezet. Daarnaast is het voor iedere aangesloten partij te allen tijde mogelijk om het Betonakkoord per direct op te zeggen.
  • Manifest DGWW2030
    Het Manifest Green Deal Duurzaam GWW 2030 (Manifest DGWW2030) is een samenwerking tussen overheden, marktpartijen en kennisinstellingen die achter de landelijke, regionale en lokale duurzaamheidsdoelen voor GWW staan en deze in de praktijk door toepassing van ’de Aanpak DGWW willen realiseren’. Het Manifest DGWW2030 en de bijbehorende aanpak wijzen op het belang van één uniform monitoringsinstrument in de infrasector dat de prestaties van de sector op duurzaamheidsgebied eenduidig meet. Het Manifest stuurt echter niet aan op het maken van MKI-berekeningen. Wel indirect omdat het Manifest verwijst naar DuboCalc waarmee MKI berekend kan worden.
    Het Manifest DGWW2030 is niet vrijblijvend, maar ook niet bindend of juridisch afdwingbaar en biedt een eenvoudige exit-mogelijkheid.
  • Manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeverschap en Inkopen
    Het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeverschap en Inkopen is op 24 november 2022 ondertekend door ministeries, provincies, gemeenten, waterschappen en overige organisaties. Het doel ervan is het verbinden van overheden en andere partijen en het stimuleren van ambitieus maatschappelijk verantwoord opdrachtgeverschap en inkopen. In het Manifest wordt niet specifiek aangestuurd op MKI en de daarin opgenomen afspraken zijn niet in rechte afdwingbaar.

Voorwaarden

In de wet zijn geen specifieke regels voor convenanten opgenomen. Om die reden zijn alleen algemene wettelijke regels van toepassing die betrekking hebben op alle niet nader gespecificeerde overeenkomsten. Bijvoorbeeld over wanneer een overeenkomst tot stand komt (artikel 6:217 BW). Verder geldt contractsvrijheid, dus partijen zijn vrij om afspraken te maken over de inhoud van het convenant, zoals de juridische afdwingbaarheid. Voor publieke organen zoals decentrale overheden gelden wel de Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (Abbb) en bovendien mag het convenant niet in strijd zijn met een wet of verordening.

Juridische toelichting

RechtsgebiedPrivaatrecht > Contracten
CiteertitelBurgerlijk Wetboek (BW)
ArtikelArtikel 6:217
Geldig vanafTBD