De overheid kan met relevante markt- en ketenpartijen, zoals producenten en verkopers van kleding, een juridisch bindend convenant sluiten om de circulariteit van textiel te verbeteren. Dit kan leiden tot een betere ketensamenwerking.
In het convenant kan de overheid met de marktpartijen afspraken maken over bijvoorbeeld:
Van 2016 tot 2021 liep het Convenant Duurzame Kleding en Textiel, een initiatief van de SER, de Rijksoverheid, brancheorganisaties, vakbonden en maatschappelijke organisaties. In het convenant spraken de aangesloten partijen onder meer het streven uit om de milieu-impact van textiel significant te verminderen en op lange termijn naar een circulaire economie toe te werken.
Om dit doel te bereiken werd onder andere afgesproken dat aangesloten partijen in leveringscontracten afspraken maken over:
Uit een onafhankelijke eindevaluatie blijkt dat een deel van de doelen uit het convenant behaald zijn. Zo is het verminderen van de negatieve (milieu-)impact deels gelukt, onder andere door het gebruik van meer duurzame grondstoffen. Het Convenant Duurzame Kleding en Textiel was niet juridisch afdwingbaar. Ook niet-bindende convenanten kunnen dus leiden tot resultaten en vooruitgang.
Een ander voorbeeld van een convenant is de Green Deal Circulaire Denim (‘Denim Deal’), die liep van 2020 tot eind 2023.
De Denim Deal was een samenwerkingsverband tussen onder andere de Rijksoverheid, decentrale overheden, textielafvalverwerkers, producenten en merkeigenaren.
In het convenant waren afspraken gemaakt over het sluiten van de denim kringloop. Zo werd afgesproken dat nieuwe denim kledingstukken voor minimaal 5% uit Post-Consumer Recycled (PCR) materiaal bestaan. Daarnaast werd afgesproken dat de aangesloten partijen in drie miljoen geproduceerde stukken 20% PCR-katoenvezels gebruiken.
Uit de Monitor Denim Deal blijkt dat in 2022 41% van denim op de Nederlandse markt uit 20% PCR bestond, ten opzichte van 8% in 2020. De voortgang en resultaten van 2023 worden in 2024 gepubliceerd. De Denim Deal was niet juridisch afdwingbaar. Ook uit dit voorbeeld blijkt dat een convenant niet per se juridisch bindend hoeft te zijn om tot resultaten te leiden.
Om de circulariteit van textiel effectief te kunnen stimuleren heeft een concreet en juridisch afdwingbaar convenant de voorkeur. De juridische afdwingbaarheid van een convenant hangt af van de inhoud, de bedoeling van de partijen, de gewekte verwachtingen en de omstandigheden.
In de praktijk wordt in veel convenanten nog opgenomen dat deze ‘juridisch niet afdwingbaar’ zijn en ‘onmiddellijk opzegbaar’. Op de volgende manier kun je ervoor zorgen dat een convenant juridisch wel bindend is:
In de wet zijn geen specifieke regels voor convenanten opgenomen. Om die reden zijn alleen algemene wettelijke regels van toepassing op alle niet nader gespecificeerde overeenkomsten. Bijvoorbeeld over wanneer een overeenkomst tot stand komt (artikel 6:217 BW). Verder geldt contractvrijheid, dus partijen zijn vrij om afspraken te maken over de inhoud van het convenant, zoals de juridische afdwingbaarheid. Voor overheden gelden wel de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, ook bij het sluiten van contracten.
Rechtsgebied | Privaatrecht > Contracten |
Citeertitel | Burgerlijk wetboek |
Artikel | 6. 217 |
Geldig vanaf | Invalid Date |